Samenwerking is je meest krachtige instrument

Filevorming bij de instroom, de doorstroom en de uitstroom. Dat zorgt voor lange wachtlijsten in de GGZ, met name bij de wat complexere diagnosegroepen. “Het loopt al jaren de spuigaten uit en het is zeker niet alleen het probleem van de GGZ, wat ook niet één, twee, drie is op te lossen”, zegt Marcel Hoogerheide. Hij is procesbegeleider van de Taskforce GGZ wachtlijsten Zuid-Hollandse Eilanden: een van de 29 regionale Taskforces, die door het ministerie van VWS in het leven zijn geroepen om de GGZ-wachtlijsten aan te pakken.

In mei 2020 tekenden zorggroepen (huisartsen), gemeenten, GGZ-instellingen en zorgverzekeraar CZ en Samergo (voormalig Steunpunt KOEL) een intentieverklaring. Daarmee committeerden ze zich aan het programmaplan om op de Zuid-Hollandse Eilanden aan de slag te gaan. We zijn nu twee jaar verder. In mei 2022 is de evaluatie: wat heeft de Taskforce opgeleverd en hoe ziet het vervolg eruit?

Elkaar leren kennen
Marcel Hoogerheide begeleidt het proces vanuit Samergo, een organisatie die vorig jaar is ontstaan door de fusie van twee Regionale Ondersteuningsstructuren (ROS), te weten ZorgImpuls en Steunpunt KOEL, die zich bezighoudt met het ontwikkelen, stimuleren en versterken van multidisciplinaire samenwerking in de zorg. Hij vertelt over de “taal- en cultuurverschillen” tussen de partijen die samen aan tafel kwamen te zitten om de Taskforce op de Zuid-Hollandse Eilanden vorm te geven.

“Ze moesten eerst elkaar leren kennen en vertrouwen en daarna leren samen-werken. Want niemand kan het alleen. Het probleem van de wachtlijsten is alleen samen op  te lossen. En alleen samen kunnen we goede GGZ dicht bij de doelgroepen organiseren.”

“Wij hebben een eigen doelstelling geformuleerd”, zegt Martine Kooi, bestuurder van zorggroep KIEK en voorzitter van de stuurgroep Taskforce. “De wachtlijsten reduceren tot nul is een illusie. Het is een complex logistiek vraagstuk. Capaciteit is lang niet altijd de oplossing. Wij zijn gaan kijken naar wat ons verbindt. We ontmoeten elkaar, sparren met elkaar en zijn gaan samenwerken. Dat is nodig, want we waren elkaar kwijtgeraakt. Huisartsen, gemeenten, GGZ…, ze zaten allemaal in hun eigen bubbel, uit elkaar gegroeid door schaalvergroting, zogenaamde efficiency, financieringsstructuur en bezuinigingen.”

Consultatie werkt
“Onze focus ligt op samenwerken. De Taskforce is een overlegtafel, een denk- en doetafel. Onder de stuurgroep hebben we twee werkgroepen: GGZ Volwassenen (18+) en GGZ Jeugd en Gezin (18-). Als dat effect heeft op de wachtlijsten, dan is het winst. Maar het gaat ons dus in de eerste plaats om ontmoeting en samenwerking. Onze doelstelling is: interface, namen en rugnummers kennen, de menselijke maat terugbrengen. En dat heeft de Taskforce ook bereikt. De huisarts heeft het telefoonnummer van de psychiater en kan deze consulteren. Dat is een gunstige ontwikkeling.” Marcel: “Consultatie werkt.”

Martine: “Verder is het belangrijk dat er praktijkondersteuners (POH) GGZ zijn in huisartsenpraktijken. Zij versterken daar de GGZ-kennis en geven laagdrempelig, toegankelijk advies en begeleiding. Er zijn niet alleen POH’s GGZ voor volwassenen, maar ook voor de jeugd, terwijl er in de Hoeksche Waard jeugdprofessionals GGZ aanwezig zijn in de huisartsenpraktijk die nauw verbonden zijn met het jeugdteam. Dat leidt tot een aanzienlijke afname van het aantal doorverwijzingen naar de specialistische GGZ en blijft de zorg ook vaker dicht bij huis.

“Nu is de POH GGZ-jeugd een pilot in een aantal praktijken. Later willen we dat, met gemeenten en zorggroepen, verder uitrollen. Doordat gemeenten en huisartsen elkaar nu beter kennen, kunnen ze het ook gemakkelijker over andere thema’s hebben, zoals de huisvesting. Dat is bijvangst.”

Kortere wachtlijsten?
Een ander resultaat van de nieuwe wind, die er dankzij de Taskforce waait, is dat de drie GGZ-instellingen Parnassia, GGZ Delfland en FortaGroep, steeds meer samenwerken en onder andere zijn gestart om de casuïstiek te bespreken van mensen op de wachtlijst. “Ze benutten elkaars deskundigheid en kijken naar mogelijkheden in plaats van naar beperkingen”, zegt Marcel. “Nog een effect is het besluit van Parnassia om gebiedsgericht te gaan werken, dichter bij de cliënt en de huisartsenpraktijk.”

De wachtlijsten zullen door de inspanningen van de Taskforce op den duur korter worden, verwachten Martine en Marcel. “Het moet effect hebben op de instroom, de doorstroom en de uitstroom, maar dat is een kwestie van de lange adem, volhouden en elkaar vast blijven houden op de ingeslagen weg. Wij kijken niet in de eerste plaats naar de cijfertjes. Wij zijn erachter gekomen dat het om samenwerken gaat. Samenwerking is het meest krachtige instrument wat je hebt.”

UIT DE PRAKTIJK

‘Minder complexe vragen rondt Mark in vijf gesprekken af’
Mark Krijgsman is psycholoog bij Youz en POH GGZ jeugd in een aantal huisartsenpraktijken op Goeree-Overflakkee, waaronder die in Oude-Tonge. “Het is een pilot vanuit de gemeente, bedoeld om de wachtlijst voor de GGZ te verminderen en om dicht bij de huisarts te werken.”

Een van die huisartsen is Eefke Krutwagen. “Wij zijn benaderd voor de pilot, omdat we voldoende volume hebben voor een spreekuur van een POH GGZ jeugd. Vroeger deed ik het veelal zelf. Het neemt best veel tijd in beslag: de gesprekken, het vaststellen van de hulpvraag, de indicatie, de verwijzing, het vervolg… Het is een lang traject.”

“Je kunt bovendien vastlopen als er ineens hulp nodig is. Meld je iemand aan bij het Team voor Jeugd en Gezin, dan duurt het zes tot acht weken voordat er een intake is. Er gaat gemakkelijk drie maanden overheen voordat er sprake is van daadwerkelijke hulp. De financiering van de jeugd-GGZ loopt via de gemeente. Via het Team voor Jeugd en Gezin dus. Ik probeerde ook wel eens zelf te verwijzen naar een GGZ-instelling. Dat mag wel, maar de gemeente heeft het liever niet.”

Effect
De pilot POH GGZ jeugd is vorig jaar gestart. De huisarts ziet zeker effect: “Mark heeft een goed gevulde agenda. Minder complexe vragen rondt hij in vijf gesprekken af en ik heb het idee dat de verwijzing naar de specialistische GGZ nu sneller gaat.”

De POH GGZ jeugd zelf: “Dit ontzorgt de huisarts. Ik heb de lijntjes, want ik werk al twaalf jaar in deze regio. Dat versnelt het doorverwijzen. Bovendien kan ik als psycholoog zelf de behandeling oppakken, als er angstklachten zijn bijvoorbeeld. En we overleggen samen – de huisarts en ik – of er andere opties zijn, zoals medicatie, dan iemand direct doorverwijzen naar de specialistische GGZ.”

Lagere drempel
“De ervaringen zijn goed. De drempel voor jongeren is lager als ze hier in Oude-Tonge in de praktijk van de huisarts terecht kunnen voor een gesprek. De verwachtingen zijn uitgekomen. In één jaar tijd heb ik meer dan honderd kinderen gesproken in vier praktijken, van wie tussen eenderde en eenvierde is doorverwezen. Dat is veel minder dan in de oude situatie.”

Volgens Mark is de wachtlijst bij Youz nog steeds groot. Eefke: “Het is lastig te zeggen wat het effect op de wachtlijst is vanuit één huisartsenpraktijk. Het belangrijkste is dat je hier basiszorg biedt, die beter is en filtert richting de GGZ. Mocht je moeten wachten, dat kan de POH GGZ jeugd zorgen voor overbrugging. In plaats van drie maanden op de wachtlijst, kun je volgende week bij Mark terecht. Dat is wel een verschil…”

Mark: “In de gesprekken probeer ik kinderen een goede ervaring mee te geven. Zodat ze geen weerstand hebben als er toeleiding naar de GGZ nodig is.”

Dit artikel staat in de tweede uitgave van het magazine “Samen naar Beter”, een verzameling van innovatieve projecten op de Zuid-Hollandse Eilanden.